Onaangekondigd, van de ene op de andere dag, alsof het niets is, alsof mensen geen behoefte hebben aan houvast in hun leven, hebben ze die rotonde met dat rare kunstwerk afgesloten.
Nu rijd ik door een tunnel waarvan ik niet wist dat tie bestond.
‘We gingen toch naar oma?’ vraagt mijn dochter.
‘Ik herkén dit helemaal niet, joh,’ zegt mijn zoon.
‘Ik word hier héél onrustig van,’ zegt mijn dochter.
‘Normaal duurt het nooit zo lang voor we er zijn,’ zegt mijn zoon.
‘Komt dit nog goed, mam?’ vraagt mijn dochter.
Ik parkeer de auto en bel mijn moeder.
‘Voor mijn gevoel moest ik na de tunnel linksaf,’ zeg ik tegen haar.
Ze geeft een heel lang antwoord terug, de woorden ‘linksaf’ en ‘gevoel’ komen er niet in voor.
Ik hang op.
‘Je deed wel een beetje knorrig tegen oma,’ zegt mijn zoon.
We keren om.
Hier zaten mijn kinderen ook op de achterbank maar toen waren ze nog lief.
Hier lees je over het fenomeen plaatsdyslexie en hier over een Italiaans tolmannetje.
Krijg je mijn schrijftips al? Word je vrolijk van. Inschrijven kan hier rechtsboven.