Niemand kan zijn voornaam uitspreken, dus iedereen noemt hem Samoedj.
Samoedj werkt al meer dan vijfentwintig jaar als schoonmaker voor de gemeente Rotterdam.
Joke Schut en ik portretteerden hem voor Uitagenda Rotterdam.
Radjindrekoemar Samoedj (50), schoonmaker
‘Ooit werkte ik als touringbuschauffeur. Ik kende alle straten van Paramaribo. Toen ik begin jaren negentig naar Nederland kwam, en dit werk ging doen, keek ik een beetje op mijn eigen werk neer. Schoonmaker vond ik geen beroep om trots op te zijn.
Het werk was vroeger ook een stuk zwaarder. We werken weliswaar met knijpstokken, en de zakken van de kliko’s op festivals verwissel je met de hand, maar er zijn steeds meer schoonmaakmachines gekomen. Zo hebben we de RAVO, dat is die veegmachine met de dichtregels op de zijkant, daar werk ik graag mee. Het komt vooral aan op concentratie: als je niet oplet pak je zo een amsterdammertje of een stoeprand mee. Verder hebben we het smidje, een kleinere veegmachine, voor stoepen, en de HP, de hondenpoepwagen. De beachcleaner gebruiken we op het strand van Nesselande, die zeeft zelfs peuken tussen het zand vandaan.
Al snel werd ik alsnog trots op mijn werk. Ik ben zo vrij als een vogel, loop de hele dag buiten, mensen zijn blij met wat ik doe. Met een big smile ga ik naar mijn werk, met een big smile kom ik thuis.
Thuis hou ik trouwens ook van schoon. In mijn woonkamer heb ik een tegelvloer met vloerverwarming, daar loop ik graag met mijn blote voeten over. Als mijn dochter van elf buiten is geweest en er ligt een gruisje, pak ik meteen de bezem. “Voel je weer wat onder je voetjes?” vraagt mijn vrouw dan plagerig.’