Bram

17 januari 2014

Iedereen weet dat je je dromen niet moet navertellen. Niemand snapt de logica ervan en het is saai om naar te luisteren. Maar deze was echt tof. Dus vroeg ik als inleiding aan mijn vriend: ‘Heb jij nog wat gedroomd vannacht?’
Maar hij zei alleen: ‘Weet ik niet, ik sliep, whoehahaa,’ en boog zich over de krant.
Ik lachte niet en vroeg: ‘Weet je wat ík heb gedroomd?’
‘Nou,’ zei hij toonloos.

Ik begon, en probeerde niet te veel ‘en toen en toen’ te zeggen.

Ik zit met Bram Moszkowicz in een touringbus, achterin. Hij bij het raampje. Bij zijn mouw is nog net de rand van een horloge te zien.
‘Is dat nou een van die dure horloges waar iedereen het steeds over heeft?’ vraag ik terwijl ik me over zijn mouw buig.
Met een breed gebaar, ik moet mijn hoofd gauw tegen de leuning drukken om niet geraakt te worden, ontbloot hij zijn pols.
‘Dit klokje,’ spreekt Bram Moszkowicz plechtig, ‘kostte zestigduizend.’
Ik zeg: ‘Nou, sjonge jonge, zeg.’

Ik merkte dat ik het warm had gekregen van het vertellen, al had er niemand echt geluisterd.
‘Wat zou dat nou betekenen, hè?’ vroeg ik me hardop af.
Mijn vriend keek schuin voor zich, en even dacht ik dat hij peinsde over mijn droom. Toen ontdekte ik dat hij nog steeds zat te lezen, maar zijn ogen daarbij zo min mogelijk bewoog, alsof hij van een autocue las.

Nou ja, zijn input had ik ook niet nodig. Volgens mijn droom was ik ongevoelig voor luxe. Dat stemde me tevreden.
Alleen dat ik Bram bij het raampje had laten zitten, kon ik niet helemaal duiden.

 

 

Lees je liever over Maarten? Dat kan hier.
Afbeelding © Monice Janson, monicejanson.nl
Wil je onze illublogs volgen? Dat kan via www.facebook.com/illublog


Geef een reactie